Een paar weken geleden schreef manlief een gastblog over Wapens in Amerika - de theorie en de feiten. Nou, hieronder gaan we dan... de praktijk aldus mijn man.
In Nederland was ik lid van de gezellige en professionele
Schietvereniging Baarn en Omstreken. Ik schoot daar een luchtgeweer en een
handvuurwapen: ik heb een linkshandig, 20 jaar oud Steyr Match CO2-geweer, en
ik had een full size Walther 1911-.22 Government Model. Vanwege de verhuizing
naar Texas moest ik mijn lidmaatschap beëindigen en mijn verlof inleveren. Het luchtgeweer
heb ik opgeborgen en het pistool heb ik geschonken aan de vereniging. Ik hoop
dat de (aspirant-)leden er lol van hebben.
“Gek,” dacht ik, “Ik ga naar Texas
maar mag mijn pistool niet meenemen.” Maar waar ik me op verheugde, is dat
Amerika in het algemeen en Texas in het bijzonder een walhalla zijn voor de
schietsport enthousiasteling. Onlangs was het zover: met een collega en zijn
echtgenote gingen de vrouw en ik naar een Amerikaanse schietbaan. Ik was heel
benieuwd om te zien in hoeverre het zou afwijken van wat ik gewend was in
Nederland.
Nou, die verschillen vallen wel mee. Ik heb er zo snel drie ontdekt. De eerste
is het ontbreken van het verenigingsaspect. Op basis van de ervaringen van twee bezoekjes aan één
baan hier is het een vrij aselecte steekproef, maar het schietbaanbezoek lijkt
hier vooral functioneel te zijn. Ik was gewend op de Baarnsche baan eerst te
schieten, en daarna met de andere schutters een koffie, cola of een biertje te
drinken. Hier - op de familie-georiënteerde baan in Texas - geen Baarnsche gezelligheid. De eigenaar en de
medewerkers zijn bijzonder behulpzaam en erg vriendelijk, maar gericht op het
correct invullen van de formulieren, veiligheid (geen verschil met Nederland!)
en het kiezen en gebruiken van het juiste materiaal. Ze hebben de Vrouw des
huizes wel erg goed geholpen, veel goede adviezen gegeven, en gerustgesteld
over de bevindingen van het schieten met een groot kaliberwapen op een van de
binnenbanen. Verder is het oorbescherming en bril op, doosje leegschieten, een
colaatje uit de automaat mee en weer naar huis.
Dat is namelijk verschil twee. In Nederland, schoot ik op de binnenbaan met
lucht, of met mijn klein kaliberwapen in kaliber .22. Groot kaliber - feitelijk
alles groter dan deze 5,7 millimeter – is voorbehouden aan de buitenbaan. Op de
Amerikaanse baan mochten we binnen schieten met het grote spul. Uiteraard met
de nodig gehoor- en oogbescherming, maar als je voor het eerst een .40 S&W ofwel
10 millimeter vast hebt en binnen vier muren schiet, is dat een hele
gebeurtenis. De klappen die deze jongens maken zijn erg, erg indrukwekkend, als
je feitelijk in een dichte loods staat. De letterlijke en figuurlijke vuurdoop
voor de spouse, die met de .22 maar ook met de zware, felle .40 schoot, was er
eentje om niet snel te vergeten. Ik heb zelf ook nog geschoten met de veel
zwaardere en grotere army issue Colt 1911 (nummer 1277 ooit gefabriceerd, en
nog gebruikt in WOII) in .45. Het was behoorlijk bijzonder om te schieten met
zo’n stuk Amerikaanse geschiedenis.
Waar ik niet aan kon wennen - verschil nummer drie - was het doel waar ik op moest schieten. Ik ben
gewend om te schieten op ronde rozen, die op een plankje worden geplakt. Je
probeert groepjes van vijf schoten bij elkaar te plaatsen, en liefst zo dicht
mogelijk bij het midden van de roos. Hier werd mij gevraagd of ik een lichtblauw
of een roze silhouet van een mens wilde hebben. Ik zei dat ik graag een
ronde roos wilde hebben, waarop ik van drie kanten te horen kreeg dat ik uit
die roze of blauwe kaart moest kiezen. Daaroverheen kon ik wel een ronde roos
plakken, zei mijn collega. Dat heb ik dan maar gedaan, maar het blijft gek om
te schieten op de vorm van een hoofd of borstkas.
Afgelopen weekend heb ik mijn ouders, die de komende weken bij ons zijn, letterlijk hun vuurdoop gegeven. Ditmaal gewoon een vel met vijf ovalen, hetgeen meer
leek op wat ik in Nederland gewend was. “Alles went,” zeggen ze, maar geef mij
maar gewoon ondefinieerbare cirkels op een stuk papier, in plaats van de
omtrekken van een mens. Voor hen die ons bezoeken gaan, geïnteresseerden worden
door ondergetekende graag begeleid naar de schietbaan voor een rondje doel
raken. “When in Rome, …”!
Leuk om te lezen. Zeker als je nog nooit op een roos hebt geschoten :)
BeantwoordenVerwijderen